Door Koos Dijkstra op 14 november 2014

Najaarsbrief en begroting

De begroting voor 2015 is vastgesteld door de gemeenteraad. Het stuk bevatte weinig verrassingen en vloeit voort uit de keuzes die rond de Perspectievennota zijn gemaakt. Lees hier wat onze fractie ervan vond.
Begroting 2015-2018, zoals uitgesproken

De fractie van de Partij van de Arbeid heeft de najaarsbrief bestudeerd. En we hebben de programmabegroting van kaft tot kaft doorgewerkt. Het zijn goed leesbare stukken.
Enig jargon, afkortingen en leenwoorden daargelaten. De toelichtingen zijn helder, complimenten zijn op haar plaats.

“Boeien” was onze reactie. Er staat niets nieuws in. Het duurde even voor het tot ons doordrong dat dat eigenlijk heel goed nieuws is. Het betekent dat de uitwerking van de plannen overeenstemt met wat we hebben afgesproken. Het zegt ook iets over ons geheugen natuurlijk, maar daar zullen we niet over uitweiden.

Met ingang van 1 januari krijgt de gemeente er verantwoordelijkheden voor zorg en welzijn bij. Raadsbreed hebben we afgesproken dat we niemand in de kou zullen laten staan.
Ook niet als het daarvoor bedoelde geld op is.
Dat is voor de fractie van de Partij van de Arbeid het belangrijkste besluit.

We hebben toch een paar opmerkingen en vragen.
Het college zal al met ingang van de voorjaarsnota indicatoren opnemen. Die indicatoren maken de voortgang in de plannen toetsbaar. Daar worden wij bijzonder vrolijk van. Immers, toetsen, dat is onze taak.

  • In cluster nul, algemeen bestuur, valt ons op dat er telkens staat dat het de bedoeling is belanghebbenden bij de besluitvorming te betrekken. Dat is vast een verschrijving. Immers beter is het om belanghebbenden al bij de planontwikkeling te betrekken. Wil het college bevestigen dat dat ook de bedoeling is?
    We zouden af willen spreken dat het college bij elke beslissing met enige financiële betekenis nagaat of er ergens een subsidie beschikbaar is (bladzijde 11).
    Wat vindt het college?
  • In cluster 3, op blz. 21, lezen we dat er speciale aandacht is voor leegkomende agrarische en schoolgebouwen. Wil het college hier niet ook de winkelpanden bij betrekken?
    Verder op blz. 21 lezen we dat de eerste stappen zijn gezet in het vermarkten van onze natuur. Welke stappen zijn dat?
    We hebben afspraken over het in stand houden en realiseren van gemeentelijke gebouwen.
  • Ook de fractie van de Partij van de Arbeid vindt dat deze tegen het licht gehouden moeten worden. Immers, de tijden, maar vooral de gemeentelijke financiën, zijn sterk veranderd. Het moet niet alleen goedkoper, het moet ook completer. Het huidige gebouwen beleid vertoont witte vlekken. En in ieder geval de functies van het buurthuis willen we in stand houden.
  • Kennelijk ben je als inwoner klant van de gemeente. Klant, is een aanduiding uit het vrije handelsverkeer. We stellen het college voor om nog eens na te denken over die benaming. De aanstormende generatie hulpverleners wordt opgeleid met de term “burger”. Het is maar een suggestie.
  • Op bladzijde 37, we zijn bij cluster 6, wordt melding gemaakt van onderzoek naar verborgen armoede.
    De fractie van de Partij van de Arbeid pleit er met klem voor dit onderzoek niet te beperken tot zelfstandigen zonder personeel.
    Ook onder burgers die werkloos zijn, soms nog maar kort, heerst stille armoede. Er zijn zelfs werkende armen (in 2012 3% volgens het centraal bureau voor de statistiek). Over mensen die hun huis huren hebben we u al een brief geschreven. En ook ouderen moeten niet vergeten worden. Overigens doen de ouderenconsulenten van welzijnsinstelling TRIAS hier al goed werk.
    Is het college bereid het onderzoek naar stille armoede uit te breiden tot in beginsel de gehele bevolking van de gemeente?
    Als nieuw punt vragen we bij dit cluster aandacht voor on- en laag geletterdheid. Wij zullen hierover in de tweede termijn een motie indienen.
  • Op bladzijde 61 zegt het college toe dat ze 4 keer per jaar een voortgangsrapportage geeft over de werkelijk geïnde besparingen. Weliswaar worden geen knelpunten verwacht bij het realiseren van de bezuinigingen, maar we hebben het vaker gezien. De werkelijkheid is weerbarstig en onvoorspelbaar.
    Daarom zouden we in die voortgangsrapportages ook graag aandacht zien voor onbedoelde effecten en mogelijke risico’s.
    Wil het college dit toezeggen?
  • Ten slotte: wil het college nog eens inzichtelijk maken welke opbrengsten en uitgaven er bij ons in hoogte echt uitspringen in vergelijking met andere gemeenten. Zo’n vergelijking kan tot nieuwe inzichten leiden.
Koos Dijkstra

Koos Dijkstra

  Ik ben geboren in Amsterdam (1956) en opgegroeid in het Noorden. Mijn carrière ben ik begonnen in het midden van het land. Keerde daarna terug naar hier. De Veluwe was niet echt de woonomgeving van mijn dromen. Woonde in Sappemeer en nu al weer vele jaren in Zuidlaren. Ik heb me beroepshalve eigenlijk altijd

Meer over Koos Dijkstra

Waar ben je naar op zoek?